Een van de eeuwige problemen van lesgeven is dat je aan iedere leerling voldoende tijd en aandacht zou willen geven om hem of haar op weg naar meesterschap te helpen – maar dat die tijd er bijna nooit is. Teveel leerlingen, te weinig tijd.
Maar kun je van het probleem geen oplossing maken door leerlingen elkaar les te laten geven? In de 18e eeuw was dat gebruikelijk omdat een enkele docent enorme klassen van vele leeftijdsniveaus moest doceren, en dus de oudsten onderwees zodat die de jongsten les konden geven. Dit stierf uit toen de overheid scholen ging bekostigen (Peter Newcomb, Peer and Cross-age Tutoring: An Overview). Maar in de 20e eeuw zijn wetenschappers toch gaan uitzoeken of er goede elementen in dat leerling-tutorschap zaten.
De conclusies van het onderzoek naar tutoring, te onderscheiden in peer tutoring (leeftijdsgenoten tutoren elkaar) en cross age tutoring (oudere leerlingen geven jonge leerlingen les), lijken in elk geval zeer positief, vooral als tutoren worden gecombineerd met docenten, in plaats van als vervanging van de docent. Kinderen van dezelfde leeftijd die tutoren zijn bijna even effectief als het inschakelen van volwassen tutoren (effecten 0.52 versus 0.54). Cross-age tutors zijn nog een stuk beter, met een effect van d=0.79! (Hattie 2009: 186-187)
Verder lezen? https://swimple.nl/page/blog/leerlingen-als-tutoren-een-goed-idee/